Bijna veertig procent van alle bedrijven
die wereldwijd meewerken aan de Grant Thornton International
Business Report (IBR) ontbeert vrouwen in de top van het
management. De afgelopen drie jaar is daar nauwelijks verandering
in gekomen. Nederlandse bedrijven spannen, met zevenentwintig
procent in negatieve zin de kroon, alleen Japan doet het in dit
opzicht nog slechter (25%). De resultaten van de IBR worden, niet
toevallig, vandaag op de Internationale Vrouwendag bekend
gemaakt.

Aan de IBR-peiling doen wereldwijd meer
dan zevenduizend niet-beursgenoteerde privé-ondernemingen
mee. Uit de peiling blijkt dat bedrijven in drie Aziatische landen
de meeste plaats inruimen voor vrouwen op hoge posities. Koploper
blijkt de Filippijnen met circa 97 procent, op de voet gevolgd door
China (91%) en Maleisië (85%). Opvallend genoeg is desondanks
het gemiddelde (42%) van Oost-Azië het laagst.

Aandeel vrouwen stijgt licht

Behalve Nederland, staan ook Duitsland,
Italië en Luxemburg in de onderste regionen wat betreft
vrouwenparticipatie. Europa als geheel steekt met 52 procent ook
negatief af bij de 68 procent van de landen van de Noordamerikaanse
handelsverdrag (NAFTA). Vergeleken met drie jaar geleden is het
aandeel vrouwen in topposities in Europa wel met vier procent
gestegen.

Europa blijft achter

Het percentage vrouwen in topposities is
sinds 2004 licht gestegen van negentien naar tweeëntwintig
procent. Ook hier spant de Filippijnen de kroon, met vijftig
procent vrouwen in topmanagementfuncties. En net als bij het
percentage bedrijven dat vrouwen in de top heeft, bungelt
Nederland, samen met Duitsland en Luxemburg onderaan als het om het
percentage vrouwen in topposities gaat (respectievelijk 13, 12 en
10 procent). Ook hier doet alleen Japan het slechter met 7 procent.
Binnen de EU is het percentage van vrouwen in de hoogste functies
met 17 procent gelijk gebleven, terwijl dit in NAFTA-landen groeide
van 20 naar 23 procent.

bron:Arenthals grant thornton

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular