Een Syrische vluchteling die op 19 januari via Schiphol is uitgezet
door de Verenigde Staten is na aankomst op het vliegveld in Damascus
geboeid en geblinddoekt weggevoerd naar het Politieke Veiligheids
Detentiecentrum in Hama, in het westen van Syrië. Hij wordt daar
sindsdien incommunicado
vastgehouden en loopt groot risico te worden gemarteld.

Amnesty International Nederland heeft op 18 en 19 januari contact
gezocht met de IND en de Koninklijke Marechaussee op Schiphol om haar
bezorgdheid te uiten over de uitzetting van de Syriër, Abd al-Rahman
al-Musa. De IND verzekerde Amnesty International dat de heer al-Musa in
de gelegenheid zou worden gesteld om een asielaanvraag in te dienen.
Al-Musa heeft banden met het Moslim Broederschap in Syrië, hetgeen in
Syrië kan leiden tot de doodstraf of een lange gevangenisstraf.

De Koninlijke Marechaussee (KMAR) op Schiphol
heeft echter
geen actie ondernomen omdat Al-Musa begeleid werd door twee Amerikaanse
functionarissen, waardoor de uitzetting ´een Amerikaanse aangelegenheid
was, waar Nederland geen bemoeienis mee heeft.' Bovendien verklaarde de
Marechaussee dat het niet mogelijk is asiel aan te vragen in de
transitzone ´omdat geen paspoortcontrole wordt gepasseerd.'

Amnesty International heeft inmiddels een
klacht ingediend bij
de KMAR en de ministers Kamp, Verdonk en Bot ingelicht. Amnesty vraagt
daarin onder meer of er afspraken bestaan tussen Nederlandse en
Amerikaanse autoriteiten over uitzettingen onder begeleiding van
´officials.' Ook is er een bliksemactie voor Al Musa gestart, waarbij
het wereldwijde netwerk van de mensenrechtenorganisatie wordt ingezet
om zo snel mogelijk te protesteren bij de Amerikaanse autoriteiten over
de gang van zaken rond de uitzetting, en de Syrische autoriteiten op te
roepen een einde te maken aan de incommunicado
detentie van Al Musa en hem een eerlijk proces te bieden. De
Nederlandse autoriteiten zijn verzocht een onderzoek in te stellen naar
de afzijdige houding van de KMAR.

Amnesty International wijst er in haar
klachtenbrief aan de
KMAR op dat de transitzone op Schiphol onderdeel is van het Nederlands
grondgebied. Voor personen in de transitzone gelden dezelfde waarborgen
uit mensenrechtenverdragen als voor personen in de rest van Nederland.
Daaronder valt bijvoorbeeld het recht asiel aan te vragen als iemand
meent dat hij bij terugkeer gevaar loopt. Dit recht kan niet opzij
worden gezet door de aanwezigheid van buitenlandse functionarissen bij
een uitzetting. Internationale wetgeving verplicht staten bovendien om
een asielverzoek dat wordt ingediend in een transitzone van een
luchthaven in behandeling te nemen.

Achtergrondinformatie
Veel
leden en sympathisanten van het
Moslim Broederschap (MB) en hun familieleden ontvluchtten Syrië na
gewapende gevechten eind jaren zeventig. Meerdere gevluchte Syriërs en
hun familieleden zijn na hun terugkeer in Syrië gearresteerd. Velen van
hen, waaronder kinderen, zijn systematisch gemarteld en mishandeld op
verdenking van banden met de MB. Een aantal van hen is ´verdwenen' en
minstens à©à©n gevangene is tijdens de incomunicado gevangenschap
overleden. Leden van de MB kunnen de doodstraf krijgen (onder ´Wet
49'), hoewel deze straf na oneerlijke processen meestal wordt omgezet
in gevangenisstraffen van 12 jaar.

 
Bron:
Amnesty International afdeling Nederland

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular