Amnesty International is ernstig verontrust over het aangekondigde voornemen de uitzettingen van de overlevenden van de Schiphol brand van 27 oktober 2005, op korte termijn weer ter hand te nemen. Amnesty International roept op de overlevenden van de brand niet uit te zetten zolang de onderzoeken naar de oorzaak van de brand nog niet zijn afgerond.

Amnesty International roept de Nederlandse regering verder op alle overlevenden uit het huidige detentieregime te ontslaan en onder te brengen in alternatieve accommodaties, waarbij de mogelijkheid wordt geboden van begeleiding bij het verwerken van de gebeurtenissen. Tijdens een spoeddebat op 10 november 2005 in de Tweede Kamer, kondigde minister Verdonk voor Vreemdelingenzaken en Integratie aan dat zij de uitzettingen van de overlevenden van de brand op korte termijn weer ter hand wilde nemen. Zij bevinden zich nog steeds in detentie. Minister Verdonk gaf aan dat de overlevenden ´niet meer nodig waren voor het technische onderzoek' van de Technische Recherche naar de oorzaak van de brand. Op 1 november 2005 beloofde minister Verdonk de leden van de Tweede Kamer dat de overlevenden niet zouden worden uitgezet ´in afwachting van de resultaten van de uitkomsten van het onderzoek van de Technische Recherche'. De resultaten van het onderzoek zijn echter nog niet bekend.

In reactie op de aankondiging van minister Verdonk, herinnerden leden van de Tweede Kamer haar aan haar belofte de uitzettingen op te schorten in afwachting van het onderzoeksrapport. Minister Verdonk antwoordde echter dat zij met haar eerdere verklaring niet had bedoeld dat er geen uitzettingen mochten plaatsvinden totdat de onderzoeksresultaten zijn bekendgemaakt. Een meerderheid in de kamer steunde de minister hierin uiteindelijk. Tegelijkertijd nam de kamer een motie aan waarin zij aandrong niet tot uitzettingen van overlevenden over te gaan, ´zolang er geen sprake is van een zorgvuldige, onafhankelijke medische en psychische beoordeling'. Ook drong de kamer aan op ´duidelijke garanties voor adequate medische en psychische behandeling en verzorging' in de landen van herkomst.

Ondanks de motie blijft Amnesty International van mening dat geen uitzettingen zouden mogen plaatsvinden voordat de onderzoeken zijn afgerond en de resultaten bekend zijn gemaakt. De organisatie roept de Nederlandse regering daarbij andermaal op ook gemelde onregelmatigheden voor de brand en de nazorg na afloop van de brand te betrekken bij het onderzoek. Amnesty International is van mening dat de onderzoeken zijn gebaat bij de getuigenverklaringen van de overlevenden, ook voor het vaststellen van eventuele toekenningen van compensatie.

Achtergrond
Op 27 oktober 2005 brak brand uit in het uitzetcentrum op Schiphol-Oost, waarbij 11 vreemdelingen omkwamen en 15 anderen gewond raakten. Op 8 november 2005, riep Amnesty International de Nederlandse regering op om alle vreemdelingen zonder strafrechtelijke achtergrond in onmiddellijke vrijheid te stellen. Door het opschorten van de uitzettingen is de reden om deze mensen nog langer te detineren (zicht op uitzetting op korte termijn) immers komen te vervallen. Een recente beslissing van de rechtbank Amsterdam van 9 november 2005 bevestigde dit met zoveel woorden.

Amnesty International riep de regering ook op om alle overlevenden alternatieve opvang an te bieden, met adequate voorzieningen voor traumaverwerking en begeleiding. In twee gevallen besliste de rechtbank Haarlem dat de overlevenden naar een alternatieve accommodatie moesten worden overgebracht, aangezien hen nog geen adequate behandeling was geboden voor de verwerking van de traumatische ervaring.

bron: Amnesty International

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular