De versoepeling van het ontslagrecht moet niet ten koste gaan van de positie van ouderen op de arbeidsmarkt. Daarom ziet minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid af van de mogelijkheid van afwijkende ontslagcriteria bij CAO en zogeheten preventieprikkel uit het Wetsvoorstel voor herziening van de WW en het ontslagrecht, dat 17 november 2005 bij de Tweede Kamer is ingediend.

De afwijkingsmogelijkheid voor CAO-partijen om eigen ontslagcriteria af te spreken, waarbij toetsing door het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) niet langer nodig is, moest het ontslagrecht versoepelen. De preventieprikkel moest werkgevers financieel stimuleren te investeren in oudere werknemers en voorkomen dat na versoepeling van het ontslagrecht de WW zou worden gebruikt als route voor vervroegde uittreding voor oudere werknemers. Over de uitwerking van deze maatregelen is advies gevraagd aan het Centraal Planbureau (CPB).
Op basis van dat advies ziet het kabinet nu geen mogelijkheden voor een evenwichtig pakket van maatregelen die én de arbeidsmarkt dynamischer maken én tegelijkertijd voorkomen dat te veel ouderen in de WW komen. In het voorjaar verwacht het kabinet een advies van de Sociaal-Economische Raad over het sociaal-economische beleid op middellange termijn. Hierin zal ook aandacht worden besteed aan het ontslagrecht. Na ontvangst van dit advies zal het kabinet opnieuw de mogelijkheden bezien om het ontslagrecht te versoepelen zonder dat dit leidt tot een onevenredige instroom van ouderen in de WW.
 
bron:SZW

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular