De Nederlandse economie is in 2004 met 1,3 procent gegroeid. Dat
betekent dat de economie zich enigszins heeft hersteld van de krimp in
2003. Wel blijft de groei van het bruto binnenlands product (BBP) ruim
beneden het gemiddelde van 2,5 procent over de afgelopen 35 jaar. De
bescheiden economische groei in 2004 is vrijwel geheel te danken aan de
sterk gestegen export. Overheid en huishoudens besteedden nauwelijks
meer dan in 2003. De investeringen herstelden zich iets na de dalingen
in voorgaande jaren. De daling van de werkgelegenheid in 2004 is de
grootste in ruim twintig jaar. Dit blijkt uit de eerste raming van de
Kwartaalrekeningen van het CBS.

In het vierde kwartaal van 2004 lag het BBP 1,3 procent hoger dan in
hetzelfde kwartaal van 2003. Ten opzichte van het derde kwartaal van
2004 daalde het BBP licht. Deze geringe krimp volgt op de lichte groei
in het derde kwartaal van 2004.

Kwartaal-op-kwartaalgroei licht negatief
Het volume van het BBP was in het vierde kwartaal van 2004, na
correctie voor werkdag- en andere seizoeneffecten, 0,1 procent lager
dan in het derde kwartaal van 2004. Bij de kwartaalvergelijking is voor
het effect van de twee extra werkdagen in het vierde kwartaal van 2004
gecorrigeerd. De geringe krimp van de economie volgt op de lichte
kwartaal-op-kwartaalgroei van 0,3 procent in het derde kwartaal.
 
Uitvoer trekt het herstel van de economie
In 2004 was het volume van de uitvoer van goederen en diensten 7,2
procent hoger dan in 2003. Dit is de hoogste groei in vier jaar. In de
loop van 2004 is de export steeds sterker aangetrokken en uitgekomen op
een stijging van 9,9 procent in het vierde kwartaal. De stijging van
het exportvolume heeft niet alleen betrekking op in Nederland
geproduceerde goederen en diensten, maar meer nog op de wederuitvoer
van elders geproduceerde goederen. Deze worden via Nederland
gedistribueerd nadat ze een geringe bewerking hebben ondergaan. De
invoer groeide in 2004 met 6,7 procent bijna even hard als de uitvoer.
Het hoge groeicijfer van de invoer wordt niet alleen veroorzaakt door
de wederuitvoer, maar ook doordat buitenlandse leveranciers hun
marktaandeel op de Nederlandse markt hebben vergroot.

Zeer geringe groei consumptie van huishoudens
Het volume van de consumptie van huishoudens was vorig jaar 0,5 procent
hoger dan in 2003. In 2003 daalde de consumptie nog met 0,9 procent. De
lichte groei van de consumptie van huishoudens was voor een groot deel
te danken aan hogere uitgaven voor de zorg als gevolg van enkele
belangrijke wijzigingen in de AWBZ en de Ziekenfondswet. Ook aan
voedings- en genotmiddelen werd, voor prijsdalingen gecorrigeerd, meer
uitgegeven. Daarentegen gaf de consument opnieuw minder uit aan
duurzame consumptiegoederen, zoals meubelen en personenauto's.

Overheidsconsumptie nauwelijks toegenomen
Het volume van de overheidsconsumptie was in 2004 slechts 0,2 procent
hoger dan in 2003. Deze stijging valt in het niet bij de
groeipercentages van de afgelopen jaren, toen de overheidsbestedingen
de belangrijkste impuls voor de economie vormden. De reële uitgaven
voor de zorg namen ook in 2004 toe, maar minder sterk dan voorheen. De
uitgaven voor openbaar bestuur waren echter lager.

Licht herstel investeringen
In 2004 waren de investeringen in vaste activa 1,6 procent hoger dan in 2003.
Deze lichte groei komt na twee jaar van fors teruglopende
investeringen. In woningen en in machines en installaties werd iets
meer geïnvesteerd. Dit laatste is in lijn met de iets hogere
bezettingsgraad van de industrie in 2004. De investeringen in
bedrijfsauto's en vooral computers waren fors hoger. In infrastructuur
en bedrijfsgebouwen echter werd opnieuw minder geïnvesteerd.
 
Productiegroei het hoogst in handel, transport en gaswinning
Het bescheiden economisch herstel in 2004 kwam vooral ten goede aan
handel, transport en communicatie. De industriële productie nam
nauwelijks toe. In de metaal steeg de productie wel voor het eerst in
jaren, maar de chemie liet het afweten. De productie van de
energiesector nam wel sterk toe doordat vorig jaar veel meer gas is
gewonnen. Dat gas is vooral afgezet in het buitenland. In de landbouw
waren de oogsten goed. De bouwproductie was vrijwel even hoog als in
2003 door iets meer investeringen in woningen en minder in gebouwen en
infrastructuur. De lichte groei van de financiële en zakelijke
dienstverlening kwam voor een groot deel van banken en verzekeraars. De
groei van de niet-commerciële dienstverlening was volledig te danken
aan de zorg en lag voor het eerst sinds 2000 beneden de groei van het
bedrijfsleven.

Grootste daling werkgelegenheid in meer dan twintig jaar
In 2004 was de werkgelegenheid van werknemers, gemeten in arbeidsjaren,
1,7 procent lager dan in 2003. Dit is de grootste daling van de
werkgelegenheid in ruim 20 jaar. In het vierde kwartaal van 2004 was de
daling 1,6 procent. De arbeidsproductiviteit, het volume van de
productie per arbeidsjaar, was in 2004 ongeveer 3 procent hoger dan in
2003. Deze stijging is veel groter dan in de drie voorafgaande jaren.
Een stijging van de arbeidsproductiviteit is gebruikelijk bij een
beginnend conjunctureel herstel.

Technische toelichting
De economische groei wordt gemeten aan de volumegroei van het bruto
binnenlands product (BBP). Dit is het totaal van de in het
productieproces gevormde inkomens (de ´toegevoegde waarde').
In dit persbericht is de eerste raming van de economische groei in het
vierde kwartaal van 2004 en daarmee voor heel 2004 gepubliceerd. Deze
"flash-raming" heeft een voorlopig karakter: de cijfers kunnen nog
worden aangepast op basis van statistische informatie die de komende
tijd beschikbaar komt. Op 31 maart 2005 worden nieuwe cijfers over het
vierde kwartaal en eventueel ook over de voorgaande drie kwartalen
gepubliceerd, waarbij bovendien meer detailgegevens beschikbaar komen.
Ook nadien kunnen de cijfers worden aangepast bij het vaststellen van
de jaarramingen van de Nationale rekeningen.
In dit persbericht zijn de oorspronkelijke cijfers over voorgaande
kwartalen niet gewijzigd. Seizoengecorrigeerde cijfers voor voorgaande
kwartalen kunnen door het toevoegen van het vierde kwartaal van 2004
wel fractioneel zijn veranderd.
Conform Europese afspraken is een eerste raming van de werkgelegenheid
in het vierde kwartaal van 2004 gemaakt en in dit persbericht
gepubliceerd. Deze raming heeft uitsluitend betrekking op werknemers.
Zelfstandigen blijven buiten beschouwing. De raming luidt zowel in
banen als in arbeidsjaren (=voltijdbanen). Op 1 april 2005 worden
nieuwe cijfers over het vierde kwartaal gepubliceerd, met daarbij een
verdeling van de werkgelegenheid naar bedrijfstakken.

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular