De Nederlandse economie is in het vierde
kwartaal van 2006 met 2,7 procent gegroeid ten opzichte van een
jaar eerder. De groei is behaald met een werkdag minder dan in het
vierde kwartaal van 2005. Dit blijkt uit de tweede raming van het
CBS. De uitkomst voor het vierde kwartaal is niet veranderd ten
opzichte van de eerste raming op 13 februari. Ook de economische
groei in het hele jaar 2006 is niet aangepast, en bleef 2,9
procent. Dat blijkt uit cijfers van het CBS.

In het vierde kwartaal trokken zowel de
uitvoer als de investeringen verder aan. De consumptie van
huishoudens groeide echter iets langzamer dan in de eerste drie
kwartalen van 2006.

Kwartaal-op-kwartaalgroei 0,6 procent

Ten opzichte van een kwartaal eerder
groeide de economie in het vierde kwartaal van 2006 met 0,6
procent. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en
seizoeneffecten. Deze kwartaal-op-kwartaalgroei is vrijwel gelijk
aan het gemiddelde in de eerste drie kwartalen van 2006.

Uitvoer en investeringen groeien sneller,
consumptie iets minder

De economische groei van 2,7 procent in
het vierde kwartaal van 2006 was nauwelijks minder dan die in de
eerste drie kwartalen. Het volume van de uitvoer van goederen en
diensten groeide met 7,9 procent iets sneller dan in de voorgaande
kwartalen. Naast de wederuitvoer speelt ook de groei van de uitvoer
van Nederlands product een steeds belangrijkere rol. De invoer
groeide sterker dan de uitvoer. Dat komt niet alleen door de
wederuitvoer, maar ook door het aantrekken van de
investeringen.

De investeringen stegen met ruim 10
procent. Het bedrijfsleven investeerde vooral fors meer in
machines, computers en vrachtauto’s. Ook zijn meer woningen
gebouwd. Huishoudens consumeerden 2,0 procent meer. Deze stijging
was iets kleiner dan eerder in 2006 door een minder uitbundige
groei van de bestedingen aan duurzame consumptiegoederen en door
het lagere gasverbruik vanwege het milde najaarsweer.

Industrie, bouw en commerciële
diensten toppers productiegroei

De industriële productie was bijna 4
procent hoger dan een jaar eerder, vooral door meer uitvoer. Hogere
investeringen in woningen en infrastructuur stimuleerden de
bouwproductie. Ook de commerciële dienstverleners hadden veel
meer werk, vooral de handel, de zakelijke dienstverleners en het
uitzendwezen. De productiegroei van de niet-commerciële
dienstverlening bleef achter, terwijl de energieproductie kromp
door meer import en minder gasverbruik.

bron:CBS

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular