Behandeling van hepatitis C kan succesvol worden afgerond ondanks ongunstige kenmerken bij de patiënt. Dit stelt Jan Maarten Vrolijk in zijn proefschrift Response bij Hepatitis C virus Non-responders, waarop hij donderdag 4 mei 2005 promoveert aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Hepatitis C komt wereldwijd voor bij naar schatting 150 - 170 miljoen mensen. 60.000 van hen wonen in Nederland. Chronische hepatitis C-infectie leidt bij 20% van de besmette personen op de lange termijn tot levercirrose. Sinds bijna 20 jaar wordt voor de behandeling van hepatitis C gebruik gemaakt van op interferon gestoelde therapie. De kans op genezing is de afgelopen jaren gestegen van minder dan 10% tot 80% bij geselecteerde patiënten.
Bij mensen met ongunstige kenmerken liggen de kansen op blijvende virale response echter aanzienlijk lager. Belangrijke ongunstige kenmerken zijn infectie met genotype 1 of 4, het al hebben van cirrose van de lever of in het verleden niet gereageerd hebben op antivirale behandeling (de zogenaamde non-responders). Bij patiënten met een of een combinatie van dergelijke criteria ligt de kans om goed te reageren op de standaardbehandeling aanzienlijk lager, tussen 10 en 40%.
Vrolijk onderzocht op welke wijze en onder welke omstandigheden voor deze groep toch genezing mogelijk is.
De belangrijkste conclusie van Vrolijk is dat bij patiënten met ongunstige kenmerken met behulp van intensieve therapie de behandeling toch nog succesvol kan worden afgerond. Deze vindt echter uitsluitend plaats onder juiste omstandigheden bij een combinatie van factoren zoals afdoende hoge serum interferonspiegels en een adequate gastheerantivirale immuun response. Beiden werden gedefinieerd en voor bepaling van het laatste werd een nieuwe techniek ontwikkeld die het mogelijk maakt om op een weinig invasieve wijze de afweer in de lever te meten.

bron:Erasmus Universiteit

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular