Het gerechtshof te Leeuwarden heeft de thans 17-jarige Awa A.A. veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden en TBS. Hij heeft in de zomer van 2004 een ex-vriendin mishandeld door haar met een kettingslot te slaan. Korte tijd later heeft hij haar met voorbedachte raad zwaar mishandeld door terpentine over haar bovenlichaam te gieten en in brand te steken. Zij heeft daardoor zeer zware brandwonden opgelopen.

Een andere ex-vriendin is in dezelfde periode door hem meerdere malen ernstig bedreigd, zelfs nog toen hij al in voorlopige hechtenis zat. Ook zij is door hem meer dan eens met een kettingslot geslagen. Eind vorig jaar had de rechtbank te Leeuwarden A.A. tot dezelfde straf veroordeeld. Zowel A.A. als de officier van justitie waren van dat vonnis in hoger beroep gekomen. Vanwege de jeugdige leeftijd van A.A. heeft de behandeling van de zaak in hoger beroep met gesloten deuren plaatsgevonden.

A.A. heeft er bezwaar tegen gemaakt dat de rechtbank niet het sanctierecht voor jeugdigen heeft toegepast. Het hof is aan dat bezwaar voorbijgegaan en heeft eveneens gebruik gemaakt van het sanctierecht voor volwassenen. Bij die keuze heeft het hof in belangrijke mate laten meewegen dat volgens geraadpleegde deskundigen A.A. in geestelijk opzicht het stadium van de puberteit is ontgroeid en dat op pedagogisch gebied geen verdere ontwikkeling valt te verwachten.

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het met terpentine overgieten en in brand steken van het slachtoffer moet worden beschouwd als een poging haar van het leven te beroven en niet, zoals de rechtbank had geoordeeld, als zware mishandeling.

Het hof heeft het openbaar ministerie daarin niet gevolgd. Het hof heeft niet bewezen geacht dat A.A. het opzet heeft gehad op de dood van het slachtoffer, maar wel op het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel.

Het hof is van oordeel dat door de ernst van de bewezen verklaarde gedragingen, maar ook vanuit een oogpunt van vergelding, in beginsel een langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraf is aangewezen. Het hof volgt de conclusie van de deskundigen dat door de bij A.A. geconstateerde persoonlijkheidsstoornis de feiten hem slechts in verminderde mate kunnen worden toegerekend. Het hof heeft daarmee rekening gehouden bij het vaststellen van de duur van de opgelegde gevangenisstraf. Daarin heeft het hof ook betrokken dat volgens de deskundigen door een intensieve behandeling in een TBS-instelling actief in de ontwikkeling van A.A. moet worden ingegrepen om herhaling, waarop een duidelijk verhoogde kans bestaat, te voorkomen.

Het hof gaat er daarbij van uit dat die behandeling niet te lang op zich moet laten wachten en bij voorkeur moet plaatsvinden in de speciaal op de behandeling van jongvolwassenen gerichte afdeling van de Dr. Henri van der Hoevenkliniek in Utrecht. Het hof adviseert daarom uitdrukkelijk dat de TBS-behandeling in die kliniek zo spoedig mogelijk na afloop van de gevangenisstraf zal beginnen.

Bron: Gerechtshof Leeuwarden

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular