De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het hoger beroep van een voormalig anti-apartheid activist tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 9 juni 2004 gegrond verklaard.

De rechtbank oordeelde destijds dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn weigering om informatie te verstrekken betreffende de à¢context anti-apartheidࢠkon baseren op het feit dat de informatie nog steeds als actueel kan worden bestempeld omdat een aantal personen of groeperingen uit de anti-apartheidsbeweging nu actief is op andere terreinen die de aandacht van de AIVD hebben.

De appellant voerde daartegen onder meer aan dat antimilitaristische personen en groepen die actief waren in de periode van de Koude Oorlog, wel inzage hebben gekregen in gegevens over hun activiteiten, ongeacht hun huidige andersoortige activiteiten, die mogelijk in de belangstelling van de AIVD staan.

Ook de Afdeling vindt dat de minister onvoldoende duidelijk heeft gemaakt waarom de omstandigheid dat een persoon mogelijk actief is in een nieuwe, actuele context moet leiden tot het oordeel dat de context "anti-apartheid", waarbinnen die persoon zich aanvankelijk bewoog, toch nog actueel is. Dat staat namelijk haaks op een eerder door de minister ingenomen standpunt en zijn beleid ten aanzien van verstrekking van informatie over de antimilitarismebeweging van voor 1990.

De minister moet nu een nieuwe beslissing nemen.

bron:Raad van State

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular