Minister Dekker is niet ontevreden over de ontwikkeling van het intern toezicht bij woningcorporaties. Er is sprake van een stijgende lijn, zowel wat betreft de kwaliteit van de administratieve organisatie en de interne controle, als van het intern toezicht. Dat schrijft zij in een brief aan de Tweede Kamer. De minister trekt de conclusie naar aanleiding van een onderzoek van het bureau Companen bij 30 woningcorporaties. Dit onderzoek is een vervolg op een eerder onderzoek uit 2001.

Hoewel de omvang van de steekproef bij dit onderzoek te beperkt is voor een volledig representatief beeld van de sector, geeft het wel een goede indicatie van de stand van zaken. De onderzochte woningcorporaties hebben de voorwaarden in huis om 'in control' te zijn. Net als in 2001 blijken ook nu vooral de grotere woningcorporaties hun zaken beter op orde te hebben dan de kleinere.

Verbeteringen
Het onderzoek laat desalniettemin ook ruimte voor verbeteringen zien. Het gaat bij de administratieve organisatie en de interne controle onder meer om scherpere doelstellingen, beter beschreven procedures en naleving daarvan en op een oriëntatie op belanghebbenden van de corporatie, anders dan de eigen huurders en gemeenten.

Ook het intern toezicht, dat door wisselingen in samenstelling wel duidelijk is versterkt, kan nog aanmerkelijk beter. 'Nog steeds is er een te sterke focus op financiën, terwijl de volkshuisvestelijke prestaties vaak onderbelicht blijven. Een verdere professionalisering van het intern toezicht acht ik uitdrukkelijk gewenst.', laat minsiter Dekker weten. Ook de SER, de WRR en de commissie De Boer hebben recent gepleit voor een dergelijke kwaliteitsimpuls. De minister ondersteunt inmiddels het initiatief van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties om de professionalisering onder de toezichthouders te bevorderen.

bron:VROM

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular