De bewoner van een kop-hals-rompboerderij wil een gedeelte van de schuur verbouwen tot woonruimte. De 'kop' bewoont hij zelf met zijn vrouw. De verbouwde schuur is bedoeld als woonruimte voor zijn dochter en haar gezin. De 'hals' is in gebruik als bedrijfsruimte.

De gemeente Het Bildt heeft een bouwvergunning geweigerd omdat het bestemmingsplan op het perceel maar à©à©n woning toestaat. Volgens de gemeente voorziet het bouwplan niet in de uitbreiding van de bestaande woning, maar in het realiseren van een tweede (zelfstandige) woning.

De rechtbank heeft het gemeentebestuur in haar uitspraak van 28 juni 2005 in het gelijk gesteld. Volgens de rechter is niet van doorslaggevend belang dat na de verbouwing niet wordt voldaan aan de vereisten voor zelfstandige woonruimte in de zin van de Huisvestingswet. Het gaat er om of de uitbreiding van de woonfunctie in ruimtelijk opzicht aangemerkt kan worden als een zelfstandige woning. Op grond van de feitelijke situatie vindt de rechter dat dit het geval is. In de schuur komen alle ruimten en voorzieningen die nodig zijn voor zelfstandige woonruimte, inclusief een eigen ingang. Er is dan ook sprake van een tweede woning in de zin van het bestemmingsplan.

Om formele redenen is het beroep van de eigenaar van de boerderij toch gegrond verklaard. Zijn bouwaanvraag moet namelijk ook worden aangemerkt als een verzoek om vrijstelling van het bestemmingsplan. Burgemeester en wethouders hebben deze procedure niet op de juiste manier gevolgd. De gemeenteraad zal nog een beslissing moeten nemen over de verbouwingsplannen, waarna burgemeester en wethouders opnieuw een beslissing moeten nemen over het bezwaarschrift tegen de weigering van de bouwvergunning.

bron:Rechtbank Leeuwarden

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular