De bescherming van bestaande buitendijkse woongebieden aan de kust blijft op hetzelfde niveau. Hierdoor zijn de gebieden beschermd tegen de stijgende zeespiegel en ontstaat er meer ruimte voor economische ontwikkeling. De ministerraad heeft ingestemd met dit voorstel van staatssecretaris Schultz (VenW).

De beslissing van het kabinet is van belang voor dertien badplaatsen: Zandvoort, Katwijk, Vlissingen, Kijkduin, Noordwijk, IJmuiden, Cadzand, Scheveningen, Egmond aan Zee, Bergen aan Zee, Ameland, Vlieland en Terschelling.  Het behoud van de huidige bescherming biedt zekerheid en dat is gunstig voor investeringen in deze toeristische trekpleisters.
Beschermingsniveau
Omdat de dertien kustplaatsen heel verschillend zijn, geldt in iedere kustplaats een ander beschermingsniveau. Om het huidige niveau te behouden, brengt Rijkswaterstaat waar nodig extra zand aan. Als de kustgemeenten meer bescherming willen, is dat voor eigen rekening. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor nieuwe ontwikkelingen buiten het bebouwde gebied.
Commissie-Poelman
Staatssecretaris Schultz besloot in 2005 het beschermingsniveau in buitendijkse woongebieden aan de kust te gaan vastleggen. Dat deed zij naar aanleiding van een advies van de commissie-Poelman. Volgens de commissie zijn de buitendijkse gebieden van de badplaatsen voldoende beschermd tegen de zee, maar is het belangrijk dit beschermingsniveau te behouden.
bron:RVD

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular