(Persbericht) Efficiëntie is hà¨t sleutelwoord voor moderne computerruimtes en datacenters. Dat gaat veel verder dan het PR-plaatje dat 'groen' met zich meebrengt, want de stijgende stroomprijzen zorgen ervoor dat constant wordt gezocht naar nieuwe manieren om te besparen. Maar energiezuinigheid is een besparing waarvoor eerst een investering moet worden gedaan. Het ontwerp vereist meer aandacht en besparende oplossingen zijn doorgaans duurder in de aanschaf. Middelgrote bedrijven hikten tegen deze kosten aan, maar bij Lasent zien we een duidelijke omslag.

Grote bedrijven kiezen al langer voor zuinige, maar in eerste instantie duurdere, technieken en ontwerpprincipes. Sinds 2008 is de Europese Code of Conduct van kracht, waarin staat vastgelegd welke maatregelen de aangesloten organisaties minimaal dienen te nemen om 'groener' te worden. De nadruk ligt daarbij vooral op het vervangen van verouderde technieken en ontwerpprincipes. Het komt er kort door de bocht op neer dat de beschikbare energie wordt ingezet voor de daadwerkelijke ICT, en zo min mogelijk voor omliggende zaken als ruimtetemperatuur en ondersteunende apparatuur. Denk daarbij aan technieken als het scheiden van warme en koude luchtstromen (wat het koelproces veel efficiënter maakt), indirecte vrije koeling (het inzetten van de buitentemperatuur om de ruimte te koelen) en virtualisatie (zodat de rekenkracht van servers optimaal wordt benut).

Groene bestellingen
Voor middelgrote organisaties zijn dergelijke ontwerpen en technieken kostbaar. Ze zien heel goed in dat het zich terugverdient, maar die periode was in veel gevallen te lang om dergelijke investeringen voor zichzelf (en niet te vergeten voor hun klanten) te verantwoorden.

Hier is nu een omslag aan het plaatsvinden.

Dat merkt Lasent aan de orders. Neem bijvoorbeeld Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Zij hebben een nieuw, duurzaam kantoor laten bouwen in Heerhugowaard waarbij Lasent verantwoordelijk was voor het datacenter. Naast alle gebruikelijke eisen als beschikbaarheid en veiligheid vroeg HHNK specifiek om het gebruik van duurzame materialen en energie-efficiënte oplossingen. De temperatuur wordt geregeld door een warmte/koude-installatie, de koude en warme luchtstromen zijn van elkaar gescheiden en de servers maken gebruik van virtualisatie. Sterker: De warmte die door het datacenter wordt gegenereerd, wordt ingezet om het kantoorgedeelte van het gebouw te helpen verwarmen.

Een ander voorbeeld is de Nederlandse Hartstichting. Lasent kreeg van deze organisatie de opdracht om een computerruimte te ontwerpen die aansluit op de hoge BREEAM-certificering die het nieuwe gebouw van de stichting moet bemachtigen. BREEAM is de wereldwijde duurzaamheidsstandaard voor gebouwen en installaties.

Deze twee organisaties zijn niet de enige klanten die specifiek vragen om duurzaamheid. Eigenlijk vragen bijna alle klanten hier inmiddels om.

Leveranciers
Waar komt die duurzaamheidsdrang van het middensegment toch vandaan? Heel algemeen kan worden gesteld dat de stijgende energieprijzen het bewustzijn een grote impuls geeft. Ook wil iedereen zich profileren als zijnde energie-efficiënt, groen, of hoe u het ook wilt noemen.

Maar ook de leveranciers spelen een belangrijke rol in het geheel. Zij hebben de klok duidelijk horen luiden en bieden duurzaamheidstechnieken aan in hun standaardassortiment. Waar het voorheen neerkwam op maatwerk, is het nu mogelijk om serverracks af te nemen met de benodigde daken en deuren om de warme lucht te scheiden van de koude lucht. En dat scheelt aanzienelijk in de prijs.

Lasent is expert in het ontwerpen, realiseren, onderhouden en beheren van computerruimtes/serverruimtes en datacenters. Meer informatie over dit persbericht kunt u per mail opvragen bij [email protected]
Meer informatie over Lasent kunt u vinden op http://www.lasent.nl

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular