Minister Remkes (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) wil het geld dat beschikbaar is voor de politie goed verdelen over de korpsen. Een nieuwe verdeling moet recht doen aan de huidige werklast in de verschillende regio's, waarbij de relatieve veiligheidssituatie een rol speelt. De huidige verdeling is gebaseerd op gegevens uit 1995.

Dit staat in een adviesaanvraag van Remkes over een nieuwe verdeling van de politie over Nederland. Remkes vraagt advies over een nieuw verdeelsysteem aan de korpsbeheerders (de burgemeesters van de centrumgemeenten in de politieregio's), de korpschefs en het Openbaar Ministerie. Dát er een nieuw systeem voor de verdeling van het geld over de korpsen moet komen, was al in 2003 geconcludeerd door kabinet en korpsbeheerders. Sindsdien is er door het Ministerie van BZK met behulp van deskundigen gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuwe systematiek.
De afgelopen periode is onderzoek gedaan naar hoe een andere verdeling eruit zou kunnen zien. Uit het onderzoek komt naar voren dat sommige politiekorpsen moeten groeien. Zonder extra geld zou dit automatisch leiden tot krimp van andere korpsen. Minister Remkes heeft aangekondigd dat hij zich maximaal wil inspannen om krimp van korpsen te voorkomen.
De resultaten van het onderzoek zijn nu onderwerp van bestuurlijk overleg tussen de minister, het Korpsbeheerdersberaad en de Raad van Hoofdcommissarissen. Conclusies willen de minister, de korpsbeheerders en de korpschefs nu dan ook nog niet trekken.
Bij de verdeling van het geld voor de politie over de regio's moet goed rekening gehouden worden met het werk dat de politie moet doen. Dit in vier categorieën: intake (opnemen van aangiften, aannemen telefoon, service), het bieden van noodhulp, opsporing van strafbare feiten en handhaving (o.a. surveilleren, controleren, toezicht houden). Vertrekpunt bij de ontwikkeling van het nieuwe systeem was de feitelijke veiligheidssituatie in regio's. De veiligheidssituatie is onder meer bepaald aan de hand van het aantal aangiften en misdrijven per 1000 inwoners per gemeente. Dit is van belang voor het geld dat een regio krijgt toegewezen voor opsporing en handhaving. Voor handhaving tellen o.a. ook verkeersongelukken mee. De uiteindelijke verdeling van het budget over de regio's vindt plaats aan de hand van omgevingskenmerken die verband houden met de feitelijke veiligheidssituatie en de werklast voorspellen. Bijvoorbeeld de grootte

van de regio, het aantal inwoners, de bevolkingssamenstelling en de verstedelijking. Met een nieuw systeem wordt niet alleen meer aangesloten bij de veiligheidssituatie en het politiewerk, maar moeten ook de omgevingskenmerken weer up to date worden.
bron:BZK

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular