"Lieve man, past toch vooral op uw kostelijke lichaam, waar ik uw lieve vrouw zo bang voor ben, omdat het hier zo koud is. Lief, ben allang benauwd dat je nog ziek zult worden lief, en omdat gij mijn lieve schatje in het geheel tegen geen ongemak kunt, ben ik daar allang bang voor". Dit schreef de Texelse zeemansvrouw Aagje Luijtsen in november 1776 aan haar man. In de National Archives in Londen bevindt zich een grote hoeveelheid van dergelijke zeventiende- en achttiende-eeuwse brieven van en aan Nederlandse zeelieden en kooplieden en hun familieleden.

Deze brieven en een schat aan ander materiaal (scheepsjournalen, aanbevelingsbrieven, ladingboekjes, kwitanties etc.) waren aanwezig op Nederlandse schepen die tijdens de Engelse oorlogen zijn veroverd. De Koninklijke Bibliotheek (KB) is bezig een inventarisatie te maken van deze belangrijke archiefschatten, die soms honderden jaren ongelezen zijn gebleven. Het project Sailing Letters, dat de KB uitvoert in samenwerking met het Nationaal Archief en de Universiteit Leiden, wordt gefinancierd door de Samenwerkende Maritieme Fondsen.

Het materiaal, dat zich bevindt in de archieven van de Engelse Admiraliteit in de National Archives, vormt een zeer belangrijke bron voor (maritiem) historisch onderzoek. Persoonlijke brieven van en aan Nederlandse zeelieden zijn in Nederland maar sporadisch bewaard gebleven. In Engeland, waar de scheepspapieren als oorlogsbuit in het archief werden opgenomen, is dit wel het geval. Nog maar een klein deel van het materiaal - over het algemeen handelend over de VOC - is gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek. Uit de honderden persoonlijke brieven in het archief verscheen recent een keuze in het boek Kikkertje Lief, Brieven van Aagje Luijtsen, tussen 1776 en 1780 geschreven aan haar man Hermanus Kikkert, stuurman in dienst van de VOC (Perry Moree, Het Open Boek, Texel 2003).

De Samenwerkende Maritieme Fondsen (Dorus Rijkers Fonds, Vaderlandsch Fonds ter Aanmoediging van 's-Lands Zeedienst, Admiraal van Kinsbergen Fonds, Nationaal Instituut voor Scheepvaart en Scheepsbouw en de Directie der Oostersche handel en Reederijen) maken het mogelijk dat deze spectaculaire hoeveelheid onbekend materiaal volledig wordt geïnventariseerd en hiermee toegankelijk wordt voor wetenschappelijk onderzoek.

Historicus dr. Roelof van Gelder voert momenteel in opdracht van de Koninklijke Bibliotheek de inventarisatie in Londen uit. Het project zal op 31 oktober 2005 worden afgerond met een rapport, dat niet alleen de inventarisatie bevat, maar ook een aanbeveling voor verdere bewerking en digitalisering van dit materiaal.

bron:Koninklijke Bibliotheek

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular