De subsidie voor Technologische Topinstituten (TTI s) heeft de start en ontwikkeling van 4 succesvolle Topinstituten mogelijk gemaakt: NIMR (metalen), WCFS (voeding), DPI (polymeren) en Telematica Institute. De TTIs hebben zich echter (nog) niet ontwikkeld tot de beoogde international centres of excellence.Dat concludeert minister Brinkhorst van Economische Zaken uit de eindevaluatie van het functioneren van de topinstituten. Hij wil met enige aanpassingen de komende twee jaar doorgaan met de subsidies voor de huidige TTIs en de ervaringen met TTIs breder benutten.

TTIs zijn virtuele instituten waarin onderzoekers van onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven nauw samenwerken aan onderzoeksprogrammas, gefinancierd door  bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid samen.
EZ is in 1997 met de TTIs gestart om het publieke onderzoek te concentreren op samenhangende onderzoeksgebieden die relevant zijn voor het bedrijfsleven. Idee was dat bedrijven strategische kennis vergaren en daarmee hun innovatiecapaciteit en concurrentiepositie kunnen verstevigen wanneer zij meer invloed hebben op het vaststellen van de onderzoeksagenda.
Uit de evaluatie blijkt dat de de TTI-formule de strategische kennisbasis en daarmee het innovatief vermogen van de deelnemende bedrijven versterkt. Zeker bij de meer toegepaste onderzoeksprojecten is ook het concurrentievermogen van de bedrijven vergroot. Wel is het resultaat sterk afhankelijk van de absorptiecapaciteit van die bedrijven. Het bedrijfsleven neemt graag onderzoekers in dienst die in een TTI-programma zijn getraind op het verbinden van wetenschap en toepassing. Het vertalen van de opgedane kennis in nieuwe producten, diensten of processen door bedrijven blijkt echter niet vanzelf te gaan, daar is een gerichte inspanning van de TTIs voor nodig. Universitair onderzoek houdt door de TTIs meer rekening met industriële behoeften. Niet alleen relaties tussen kennisinstellingen en bedrijven, maar ook tussen bedrijven onderling zijn verstevigd. De TTIs slagen erin met een geringe overhead grote netwerken van mensen en organisaties te mobiliseren om samen onderzoek te doen, blijkt uit de evaluatie.
Eerder was de gedachte dat de TTIs op termijn zonder structurele overheidssubsidie  konden functioneren. Nu blijkt dat substantiële financiering van de rijksoverheid nodig blijft, al kan die ook beneden de 50% liggen. Brinkhorst wil doorgaan met de TTIs, al moet de financiering wel passen in de nieuwe opzet van het EZ-innovatiebeleid.
Aanpassingen van het instrument TTI
Naast langjarig strategisch-industrieel onderzoek is er behoefte aan meer toepassingsgericht vervolgonderzoek en kennisoverdracht. Daarom worden voortaan drie categorieën onderzoek subsidiabel: fundamenteel onderzoek, industrieel onderzoek en preconcurrentiële ontwikkeling. Elk met hun eigen subsidiepercentages, aansluitend op het EU-steunkader voor Onderzoek en Ontwikkeling. Van bedrijven wordt verwacht dat zij een bepaalde minimumbijdrage (blijven) leveren.
Positie TTI-instrument op langere termijn
Het instrument TTI heeft zijn waarde bewezen en past in de nieuwe programmatische aanpak van EZ gericht op geselecteerde themas. Minister Brinkhorst zal beslissingen over voortzetting van bestaande dan wel het starten van nieuwe TTIs dan ook in het kader van die nieuwe EZ-aanpak nemen, er komt geen aparte TTI-tenderprocedure.

Partijen in het veld kunnen bij de ontwikkeling van programmas binnen gekozen themas een TTI of TTI-achtige constructie opzetten wanneer een knelpunt voor innovatie kan worden opgelost door meerjarige publiek-private onderzoekssamenwerking. De bestaande TTIs kunnen hun functie blijven vervullen als ze aansluiten bij de gekozen innovatiethemas en als zon programma een logisch en noodzakelijk onderdeel blijkt van het uit te voeren programma. Het geld dat voor de TTIs op de begroting staat, gaat met ingang van 2008 op in de middelen voor die nieuwe  programmatische aanpak (de Omnibusregeling). Ook via andere financiële stromen als Smartmix (van start in 2006) en FES is subsidie voor onderzoeksprogrammas van TTIs, mogelijk als deze aansluiten bij de programmatische aanpak.
bron:EZ

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular