Op 1 maart 2007 stonden 25 personen
terecht voor de Arnhemse politierechter voor ongeregeldheden
tijdens de ontruiming van ‘Fort Pannerden’ op 7 en 8
november 2006. Allen werden verdacht van openlijke geweldpleging
(feit 1), daarvan werden 23 personen ook verdacht van het niet
voldoen aan een bevel van de politie (feit 2) en een aantal daarvan
ook wegens het niet tonen van een identiteitsbewijs (feit 3). De
eerste twee feiten zijn misdrijven en het laatste feit is een
overtreding.
Openlijke geweldpleging
Van de 25 verdachten wordt
één persoon veroordeeld omdat hij heeft bekend met
verf te hebben gegooid. Hij krijgt een werkstraf van 20 uur. De
overige 24 verdachten worden vrijgesproken van openlijke
geweldpleging omdat er onvoldoende bewijs is.
De politierechter heeft vastgesteld dat op
enige wijze geweld tegen de politie is gebruikt door 10 van de 25
aanwezige personen. Op grond van de aanwezige stukken kan niet
worden vastgesteld wie geweld heeft gepleegd of hieraan een
bijdrage heeft geleverd. Behalve de persoon die heeft bekend.
Niet voldoen aan ambtelijk bevel
Van de 23 personen die werden verdacht van
het niet voldoen aan een bevel van de politie wordt
één persoon veroordeeld omdat hij heeft bekend. Hij
krijgt een geldboete van € 250. Niet kan worden vastgesteld
wie een bevel van de politie niet heeft opgevolgd. Behalve de
persoon die heeft bekend.
Niet tonen van identiteitsbewijs
De verdachten die geen identiteitsbewijs
hebben getoond krijgen een geldboete van 50 euro.
Bron: Rechtbank Arnhem