Hoewel opleiding en werk verreweg de belangrijkste bepalende factoren
zijn voor de mate van integratie van allochtonen, kan het wonen in een
buurt of wijk met een hoge concentratie van allochtonen een belemmering
vormen voor integratie ('buurteffect'). Daarbij speelt vooral mee het
gebrek aan contacten met autochtonen. De uitkomst van dit onderzoek
onderstreept nog eens het belang van het VROM-beleid om in de
naoorlogse buurten en wijken meer differentiatie aan te brengen in de
woningvoorraad. Minister Dekker van VROM schrijft dit, mede namens
minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie, in een brief bij
het onderzoek aan de Tweede Kamer.

Ontmoetingskansen

Niet zozeer het wonen in een concentratiewijk op zich leidt tot een
belemmering voor integratie, maar het gebrek aan contact met
autochtonen die daar het gevolg van is. Dit zogenoemde 'buurteffect'
heeft vooral betrekking op kansrijke allochtonen. De onderzoekers
concluderen dat de integratie van allochtonen in de eerste plaats moet
worden bevorderd door het onderwijs- en arbeidsmarktbeleid. Woonbeleid
kan daarbij slechts beperkte ondersteuning bieden. Dat kan door middel
van het huidige beleid om meer differentiatie aan te brengen in de
woningvoorraad, maar daarnaast door middel van maatregelen die de
ontmoetingskansen vergroten. Contacten hebben volgens de onderzoekers
een centrale plaats bij integratie. Bij het vergroten van
ontmoetingkansen voor de bewoners van een wijk moet gedacht worden aan
de aanwezigheid van sportaccomodaties, winkels, scholen, buurtgebouwen
en goede inrichting van de openbare ruimte (plantsoenen en parken).

Achtergrond

Vaak wordt er vanuit gegaan dat wonen in een concentratiewijk
belemmerend werkt op de integratie. Dat er een samenhang bestaat tussen
geconcentreerd wonen en (gebrek aan) integratie is al bekend, maar dit
onderzoek had als doel om te bekijken hoe de oorzaak-en-gevolg-keten in
elkaar zit. Zo is het voorstelbaar dat de ruimtelijke concentratie het
gevolg is van slechte integratie, in plaats van dat het er de oorzaak
van is. Volgens deze redenering zijn lage opleiding, de derhalve
slechtere arbeidsmarktpositie en het daaruit volgende lage inkomen er
de oorzaak van dat veel niet-westerse allochtonen voor hun huisvesting
zijn aangewezen op de goedkope delen van de woningvoorraad. En omdat
deze goedkope delen ongelijkmatig zijn gespreid, leidt dit in deze
redenering ook tot ruimtelijke segregatie.

Maar dit onderzoek toont nu aan dat ruimtelijke segregatie een
zelfstandige belemmering (het 'buurteffect') is voor de integratie van
niet-westerse allochtonen. Dit buurteffect is weliswaar klein, maar wel
betekenisvol. Dit effect verloopt vooral via (het gebrek aan) contacten
die allochtonen met autochtonen onderhouden.

Bron: Ministerie van VROM

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular