De productie van bio-ethanol, biodiesel en andere biobrandstoffen is in haar huidige vorm een zeer inefficiënte manier om zonne-energie vast te leggen. En dat die brandstoffen CO2-neutraal zijn, is ook niet helemaal waar, zo stellen onderzoekers van de Universiteit Gent.

De onderzoeksgroep ENVOC onder leiding van prof. Jo Dewulf heeft een nieuwe methodiek ontwikkeld om de duurzaamheid van biobrandstoffen kritisch te evalueren. Dat gebeurt op basis van een zogeheten exergie-analyse, die voortvloeit uit de tweede hoofdwet van de thermodynamica. De methodiek werd vorige maand gepresenteerd in het tijdschrift Environmental Science and Technology.

Deze methodiek is inmiddels toegepast op drie cases: Italiaanse bio-ethanolproductie uit mais, Zweedse biodieselproductie op basis van koolzaad, en Amerikaanse biodieselproductie uit soja. Er kwam onder meer uit dat van de zonne-energie, die door de planten wordt opgevangen, uiteindelijk slechts een half procent in de biobrandstof wordt vastgelegd. Ter vergelijking: moderne zonnecellen halen 10 tot 15 procent.

De tweede conclusie is dat de productie van 3 kWh aan biodiesel 1 kWh aan niet-hernieuwbare energie (dus uit fossiele brandstoffen of uit kernreacties) kost. Die energie wordt door de chemische industrie gebruikt om pesticiden, meststoffen en andere producten voor de landbouw te maken. Bio-ethanol scoort iets beter: daar levert 1 kWh aan niet-hernieuwbare energie maar liefst 4 kWh aan hernieuwbare energie.

Dez onderzoekers concluderen droogjes dat er "dus toch wel genuanceerd en realistisch moet worden gedacht" over biobrandstoffen.

bron:Universiteit Gent

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular