Hr. Ms. Snellius, één van de twee hydrografische opnemingsvaartuigen van de Koninklijke Marine, gaat donderdag aan de slag rond de Nederlandse Antillen en Aruba. Samen met twee hydrografische sloepen zal de Snellius in de periode 23 maart tot 27 juni verschillende kustgebieden en wateren onderzoeken en in kaart brengen.

Binnen internationale afspraken zijn leden van de VN verantwoordelijk voor het eigen deel van het continentaal plat en dus ook voor hun zeegebieden. Ieder land is verplicht om minimaal eenmaal per tien jaar ondiepe gedeeltes, havenmondingen en gebieden die mogelijk gevaar opleveren voor de scheepvaart, opnieuw onder de loep te nemen.
Donderdag arriveert de Snellius op St. Maarten. Daar wordt een van de sloepen afgezet om de diverse kustgebieden en havenmondingen van de bovenwindse eilanden in kaart te brengen. Het schip vaart daarna door naar de benedenwindse eilanden; het werkgebied van de tweede sloep.Gedurende een deel van de reis dient de Snellius als platform voor wetenschappelijk onderzoek door onder andere TNO, onderzoekers van de Universiteit van Brussel in samenwerking met het Koninklijk Instituut voor de Marine en een waarnemer namens het Departement van Milieu en Natuur. Zij doen onder meer onderzoek naar het zeeleven nabij en op de Sababank. In het kader van de oefening Caribbean Lion 2006 zullen de beide sloepen verder een Rapid Environmental Assessment uitvoeren bij vier amfibische landingstranden.
De Snellius keert op 14 juli terug in Den Helder. De Dienst der Hydrografie in Den Haag verwerkt de door het schip vergaarde gegevens in de nieuwe editie van de zeekaarten.
bron:MinDef

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular