De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft onderzoeken afgerond naar 87 ondernemingen die kabel- en leidingwerken uitvoeren, 59 ondernemingen die actief zijn in de groenvoorziening en 34 fabrikanten van betonproducten wegens het overtreden van het kartelverbod. Om de zaken voortvarend af te kunnen ronden, hanteert de NMa een versnelde sanctieprocedure zoals zij eerder deed in (andere) sectoren in de bouw. De onderzoeken komen voort uit de informatie die bij de NMa binnenkwam na de oproep van de NMa en het kabinet aan bouwondernemingen om schoon schip te maken. Daarnaast is bewijsmateriaal uit andere bronnen vergaard.

Kabel- en leidingleggers
De NMa vermoedt dat 87 bouwondernemingen die kabel- en leidingwerken uitvoeren, in de periode van 1 januari 1998 tot en met december 2001 de Mededingingswet hebben overtreden. De 87 ondernemingen vertegenwoordigen een aanzienlijk deel van de ondernemingen die ondergrondse en bovengrondse kabels en leidingen aanleggen, aansluiten, vervangen en onderhouden. Via deze kabels en leidingen worden gassen, vloeistoffen en elektriciteit getransporteerd en wordt ook telecommunicatie en de doorgifte van radio- en televisiesignalen verzorgd. Daarnaast plaatsen of vervangen deze ondernemingen ook meters, zoals water-, gas- en elektriciteitsmeters. De betrokken bouwondernemingen hebben in wisselende samenstelling overleg gevoerd voorafgaand aan de inschrijving op aanbestedingen van kabel- en leidingwerken. Deze overleggen hingen met elkaar samen en vormen à©à©n landelijk dekkend systeem. Dit systeem was erop gericht de opdrachten onderling te verdelen en het inschrijfgedrag af te stemmen. In het onderzoek is gebruik gemaakt van bewijsmateriaal dat door 22 van de 87 ondernemingen in het kader van een clementieverzoek aan de NMa is overhandigd.

Groenvoorziening
De NMa start tevens een versnelde sanctieprocedure tegen 59 bedrijven die actief zijn in de groenvoorzieningensector. De NMa vermoedt dat deze ondernemingen in de periode januari 1998 tot eind 2001 de Mededingingswet hebben overtreden. Zij hebben in wisselende samenstelling deelgenomen aan vooroverleg bij aanbestedingen voor de aanleg en het onderhoud van groenvoorzieningen, zoals het maaien van bermen, onderhoud van parken, de aanleg van plantsoenen of het planten van bomen. De NMa vermoedt dat de betrokken ondernemingen de onderlinge concurrentie hebben beperkt door và³à³r de aanbestedingsdatum af te spreken wie van hen als laagste bij de aanbesteding zou inschrijven. In deze zaak hebben 13 ondernemingen clementie aangevraagd.

Fabrikanten van betonproducten
Onderzoek van de NMa heeft geleid tot drie zaken in drie verschillende deelsegmenten binnen de betonsector. In de eerste zaak vermoedt de NMa dat 21 fabrikanten van betonnen straatstenen, in elk geval vanaf 1 januari 1998 tot en met medio 2001 periodiek bij elkaar zijn gekomen om de leveranties van betonnen straatstenen aan hun afnemers onderling te verdelen. Bij de tweede zaak gaat het om negen ondernemingen die prefab betonnen heipalen produceren. De NMa vermoedt dat deze ondernemingen vanaf januari 1998 tot en met december 2001 hebben deelgenomen aan een overleg waarbij zij afspraken hebben gemaakt over de aandelen in het productie- en verkoopvolume van heipalen. In de derde zaak vermoedt de NMa dat vier ondernemingen die betonnen vloerelementen produceren vanaf januari 1998 tot en met maart 2003 hebben deelgenomen aan een overleg waarbij zij afspraken hebben gemaakt over elkaars verkoopvolume. Meer dan de helft van de betrokken ondernemingen heeft clementie aangevraagd.

Concurrentiebeperking is schadelijk
Een aanbestedingsafspraak vormt een zeer zware overtreding van de Mededingingswet. Via een aanbesteding gaat de opdrachtgever op zoek naar de partij die de offerte indient met de beste prijs-kwaliteit- verhouding. Het is van belang dat de partijen die een offerte indienen, geen contact met elkaar hebben over de desbetreffende opdracht, omdat dit de onderlinge concurrentie aanzienlijk beperkt en zelfs kan uitschakelen. Ook wanneer ondernemingen, zoals de fabrikanten van betonproducten, onderling afspraken maken over hun afzet, wordt de onderlinge concurrentie tussen deze ondernemingen aanzienlijk beperkt. Concurrentie-beperkende afspraken zijn nadelig voor afnemers en opdrachtgevers en zijn op basis van de Mededingingsregels verboden.

Versnelde sanctieprocedure
De NMa stelt aan partijen een versnelde procedure voor om hen in staat te stellen snel 'schoon schip' te maken. Net als in eerdere bouwzaken zal de heer drs. J.C. Blankert namens de betrokken ondernemingen die kabel- en leidingwerken uitvoeren en betonproducten produceren generieke argumenten aanvoeren die voor de sanctieoplegging van belang zijn. De groenvoorzieners worden vertegenwoordigd door de heer H.Ph.H. Haverkort, voorzitter van de Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners. Om bedrijven te stimuleren voor de versnelde sanctieprocedure te kiezen, vermindert de NMa voor de bedrijven die hieraan meewerken de op te leggen boete met 15%. De Raad van Bestuur van de NMa beslist vervolgens over de sancties die per bedrijf worden opgelegd. De betrokken ondernemingen kunnen zich nu aanmelden voor de versnelde procedure.

Voortgang onderzoeken bouw
De NMa geeft in 2005 prioriteit aan de bouwsector, zoals aangekondigd in de NMa-agenda 2005. Tot op heden heeft de NMa aan ongeveer 1440 ondernemingen in de bouw en daaraan verwante sectoren rapporten toegestuurd met een vermoeden van een overtreding van de Mededingingswet. Aan ongeveer 400 van deze (bouw)bedrijven zijn inmiddels sancties opgelegd. De boetes aan ondernemingen in de burgerlijke en utiliteitsbouw die hebben meegewerkt aan de versnelde procedure worden in het tweede kwartaal van volgend jaar verwacht.

bron:NMA

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular