De rechtbank heeft vandaag vonnis gewezen in de zogenaamde Alastra zaak. De verdenking was dat een tekenleraar van het Sweelinckcollege een meisje voor haar eigen woning met een mes zou hebben gestoken en haar zeven steekwonden zou hebben toegebracht onder druk van twee anderen, waaronder de ex van dat meisje.
De rechtbank achtte bewezen dat de tekenleraar het meisje stak in opdracht van de twee. Dat de verdachte dat deed met de bedoeling om het meisje te doden vond de rechtbank echter niet bewezen. Hij werd daarom vrijgesproken van poging tot moord. De verdachte had namelijk uit voorzorg het lemmet van het mes omwikkeld met electriciteitsdraad, zodat ‘slechts’ een punt van 2 centimeter overbleef. De verwondingen van het meisje vielen daardoor mee. Zij kon dezelfde avond na behandeling in het ziekenhuis weer naar huis. De verdachte werd veroordeeld voor de poging tot zware mishandeling
De twee medeverdachten werden veroordeeld voor uitlokking. De verdenking was dat zij de tekenleraar ernstig hadden bedreigd om hem tot steken te brengen. Dat vond de rechtbank niet bewezen. De tekenleraar had hierover teveel wisselende verklaringen afgelegd. Wel achtte de rechtbank aannemelijk dat de tekenleraar door de twee werd gechanteerd. Hij was namelijk betrokken bij een inbraak in zijn eigen school, en de twee hadden gedreigd zijn dossier op straat te zullen gooien als hij niet zou meewerken.
De tekenleraar werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar waarvan drie maanden voorwaardelijk. De twee uitlokkers kregen ieder 3,5 jaar gevangenisstraf.
Bron: Rechtbank Amsterdam