UWV heeft het proces van witte fraudebestrijding goed opgezet, maar de
uitvoering is voor verbetering vatbaar. Dit blijkt uit het rapport
Uitvoeringsinstituut Werknemersverze- keringen en de gemeenschappelijke
verwijsindex van de Inspectie Werk en Inkomen, dat vandaag verschijnt.

Opsporing van witte fraude met de gemeenschappelijke verwijsindex (GVI)
loont. De opbreng- sten overtreffen de kosten en er gaat een
preventieve werking vanuit. UWV heeft het proces om witte fraude te
bestrijden doelmatig en doeltreffend ingericht. In de uitwerking zijn
er risico's: zo is er op de betreffende afdeling een ernstig
personeelstekort, waardoor grote achterstanden ontstaan. Ook voert UWV
verbetermaatregelen, zoals de implementatie van een nieuw mana-
gementinformatiesysteem, langzaam in.

Er is sprake van witte fraude als de ontvanger van een uitkering andere
inkomsten waarover premies en belastingen zijn afgedragen niet opgeeft
aan de uitkeringsinstantie. Om witte fraude op te sporen, maakt UWV
gebruik van de gemeenschappelijke verwijsindex. Hiermee verge- lijkt
UWV de administraties van de eigen onderdelen. Ook andere
overheidsinstanties kunnen dankzij de GVI hun gegevens vergelijken met
die van UWV.
Met het bestrijden van witte fraude draagt UWV bij aan het bereiken van
de doelstellingen van het Handhavingsprogramma SZW 2003-2006:
bevorderen van de spontane naleving van regels, ontmoedigen van
overtreding, en tijdige en passende sancties voor overtreders.

In 2006 gaat UWV verder met een centrale polisadministratie. De GVI is
dan nog niet meteen overbodig. Bovendien kan UWV hierbij goed
voortborduren op de ervaringen met de GVI. Uit eerdere rapportages van
IWI en van de accountantsdienst van UWV bleek dat in 2002 UWV het
risico van witte fraude nog onvoldoende beheerste. Reden voor de
inspectie om me- dio 2004 te onderzoeken of UWV de bestrijding van
witte fraude inmiddels doelmatig en doel- treffend aanpakt.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular