Roermond, 23 maart 2005 - De rechtbank Roermond heeft 23 maart 2005 de
derde verdachte in de zaak van de poging tot brandstichting van de
moskee in Venlo schuldig bevonden aan betrokkenheid bij
voorbereidingshandelingen voor het in brand steken van de moskee.

De 24-jarige inwoner van Venlo werd veroordeeld tot een gevangenisstraf
van 3 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
Aan de straf is de bijzondere voorwaarde verbonden dat de man zich
onder behandeling stelt van de GGZ Groep Noord- en Midden-Limburg,
Justitiële Verslavingszorg Limburg.

Uit het dossier blijkt dat verdachte op 11 november 2004, samen met à©à©n
van zijn medeverdachten, met een auto naar de moskee in Venray is
gereden. Kort tevoren hadden verdachte en de betreffende medeverdachte
afgesproken dat zij bij de moskee zouden kijken of er iemand (in de
buurt) aanwezig zou zijn, en dat, indien dit niet het geval zou zijn,
zij de meegebrachte molotovcocktails naar de moskee zouden gooien. Toen
zij bij de moskee aankwamen, zagen zij een opvallende politieauto in de
buurt van de moskee staan, waarop verdachte en zijn medeverdachte zijn
doorgereden. Korte tijd later werden zij door de politie aangehouden.

Dit gebeurde enkele dagen nadat Theo van Gogh gewelddadig om het leven
was gebracht en zeer kort nadat in het Haagse Laakkwartier door de
politie enkele personen waren gearresteerd, die verdacht werden van
terroristische activiteiten. In de dagen voorafgaand aan de door
verdachte en de mededaders gepleegde strafbare feiten hebben meerdere
pogingen tot brandstichtingen van islamitische gebedshuizen en
instellingen plaatsgevonden en ook zijn meerdere malen bedreigingen
geuit aan het adres van dergelijke instellingen. In de Nederlandse
samenleving leefden gevoelens van onrust en onveiligheid.

De activiteiten van verdachten vinden hun grondslag in de zojuist
genoemde gebeurtenissen, en hadden, naar het oordeel van de rechtbank,
uitsluitend tot doel om een (negatieve) bijdrage te leveren aan de al
ontstane onrust en deze te vergroten. De rechtbank rekent dit verdachte
en zijn mededaders zwaar aan.

Eerder, op vrijdag 11 maart 2005, zijn twee andere verdachten - een
20-jarige vrouw en een evenoude man, beiden uit Horst ࢠeveneens
schuldig verklaard aan betrokkenheid bij voorbereidingshandelingen voor
het in brand steken van de moskee in Venray. De vrouw kreeg een
gevangenisstraf van 300 dagen opgelegd, waarvan 180 dagen
voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De man is veroordeeld tot
een gevangenisstraf van 295 dagen, waarvan eveneens 180 dagen
voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De feitelijke rol van deze
twee verdachten bij de voorbereidingshandelingen was beperkt. Zij
hebben slechts een geringe bijdrage geleverd aan het vervaardigen van
de molotovcoctails. Ook zijn niet met de twee andere verdachten mee op
weg gegaan naar de moskee.

De rechtszaak van de vierde verdachte, een 20-jarige man uit Tienray, vindt woensdag 25 april a.s. plaats.

Bron: Rechtbank Roermond

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular