De rechter-commissaris, belast met de
behandeling van strafzaken in de rechtbank ’s-Gravenhage,
heeft heden in de strafzaken tegen drie personen die worden
verdacht van schending van staatsgeheimen, besloten twee
journalisten van de Telegraaf te gijzelen.
De rechter-commissaris onderkent dat
journalisten in beginsel op vragen die mogelijk tot gevolg hebben
dat de identiteit van hun bron bekend wordt, geen antwoord hoeven
te geven.
Naar het oordeel van de
rechter-commissaris dient in deze strafzaak dit verschoningsrecht
te wijken voor het belang van de waarheidsvinding.
De rechter-commissaris heeft in dit
verband op 15 november 2006 overwogen:
de waarheidsvinding in de onderhavige
strafzaak dient een doel als bedoeld in artikel 10 lid 2 van het
EVRM, te weten het belang van de nationale veiligheid en het belang
om verdere verspreiding van vertrouwelijke mededelingen en gegevens
te voorkomen. Het gaat immers om het achterhalen hoe staatsgeheime
informatie van de AIVD in de openbaarheid heeft kunnen komen; er is
voldaan aan de eis van proportionaliteit. Het gaat hier om de
verdenking van ernstige strafbare feiten die de nationale
veiligheid en de integriteit van de nationale veiligheidsdienst
raken;
er is voldaan aan de eis van
subsidiariteit, immers een langdurig onderzoek van de
Rijksrecherche heeft niet kunnen leiden tot volledige opheldering
van de toedracht van de feiten. Verschillende alternatieve
scenario’s kunnen niet worden uitgesloten;
de getuigen kunnen opheldering verschaffen
en uitsluitsel geven of er inderdaad een alternatief scenario
bestaat voor de beschuldiging van de officier van justitie. Dit kan
betekenen dat met hun verklaringen voor één of meer
van de verdachten ontlastend materiaal beschikbaar komt. Daaraan
doet niet af dat dit materiaal mogelijk voor één of
meer andere verdachten juist belastend kan zijn;
de integriteit van de Nationale
Veiligheidsdienst is in een democratische samenleving een groot
goed. Het is van belang dat de onderste steen boven komt in een
onderzoek naar aantasting van die integriteit, mede ter voorkoming
van nieuwe integriteitaantastingen;
deze zaak heeft de rechtsorde daarnaast
ernstig geschokt.
Tijdens de voortzetting van het verhoor
heden hebben beide journalisten wederom geweigerd op bepaalde
vragen antwoord te geven. Nu daarvoor thans geen wettige grond
bestaat, heeft de rechter-commissaris zich genoodzaakt gezien hen
te gijzelen.
De raadkamer van de rechtbank zal in een
besloten zitting op woensdag 29 november 2006 de beide journalisten
horen en vervolgens beslissen of de gijzeling dient voort te
duren.
De rechtbank zal woensdag 29 november 2006
door middel van een persbericht nader berichten.
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage