Nederland telde in de periode december 2004 - februari 2005 gemiddeld
495 duizend werklozen. Na correctie voor seizoeninvloeden komt de
werkloosheid uit op 490 duizend personen. Dit is nagenoeg gelijk aan de
488 duizend in de periode november 2004 - januari 2005. Dit blijkt uit
de nieuwste cijfers van het CBS.

In de afgelopen drie maanden was 6,6 procent van de beroepsbevolking werkloos. Een jaar eerder was dit 6,3 procent.

Trend licht stijgend

Over een langere periode beschouwd vertoont de werkloze
beroepsbevolking een licht stijgende ontwikkeling. Trendmatig komen er
momenteel per maand zo'n 4 duizend werklozen bij. Vanaf het voorjaar
van 2001 is de werkloosheid drie jaar lang voortdurend gestegen. Sinds
het voorjaar van 2004 is de ontwikkeling van de werkloosheid minder
eenduidig. Aanvankelijk was er een lichte daling, gevolgd door een
lichte stijging. In de afgelopen driemaandsperiode is de werkloosheid
teruggekeerd op het niveau van het voorjaar 2004.

Aantal werkloze jongeren constant

In de periode december 2004 - februari 2005 waren 108 duizend jongeren
werkloos. Dit is vrijwel evenveel als een jaar eerder. Als percentage
van de beroepsbevolking tussen 15-24 jaar is de werkloosheid wel
gestegen, van 12,2 naar 13,1 procent. Dit komt omdat het aantal
werkzame jongeren het afgelopen jaar is gedaald. Veel jongeren stellen
de stap naar de arbeidsmarkt uit vanwege verslechterde perspectieven.
Ze studeren bijvoorbeeld langer door, en gaan niet actief op zoek naar
betaald werk. Van alle 15-24 jarigen is iets minder dan de helft actief
op de arbeidsmarkt.

Technische toelichting

De werkloze beroepsbevolking volgens de officiële definitie bestaat uit
alle mensen van 15-64 jaar zonder werk (of met werk voor minder dan
twaalf uur per week), die actief op zoek zijn naar betaald werk voor
twaalf uur of meer per week en daarvoor beschikbaar zijn.

De cijfers over de werkloze beroepsbevolking zijn voornamelijk
gebaseerd op de Enquàªte beroepsbevolking, een steekproefonderzoek dat
maandelijks onder dertigduizend mensen in Nederland wordt gehouden. De
uitkomsten uit dit steekproefonderzoek kennen een
onnauwkeurigheidsmarge.

De maandelijkse cijfers over de werkloze beroepsbevolking hebben een
voorlopig karakter. De cijfers kunnen met het beschikbaar komen van
meer informatie over de arbeidsmarkt nog worden aangepast. Na afloop
van het verslagjaar vindt een reguliere aanpassing plaats op basis van
geactualiseerde informatie.

Met ingang van 2005 wordt het seizoenpatroon maandelijks met het
beschikbaar komen van nieuwe werkloosheidscijfers geactualiseerd.
Hierdoor kunnen ook eerder gepubliceerde seizoengecorrigeerde cijfers
fractioneel veranderen.

Met ingang van 2005 wordt maandelijks de trendmatige verandering in de
werkloosheid gepubliceerd. Deze trend is een indicator voor de
middellange tot lange termijnontwikkeling van de werkloosheid. De trend
zal iedere maand met het beschikbaar komen van nieuwe
werkloosheidscijfers opnieuw worden vastgesteld. Met name voor de meest
recente perioden kunnen de eerder gepubliceerde waardes van de
maandmutatie van de trend hierdoor significant veranderen. Op de
website van het CBS staat een korte toelichting op seizoencorrectie en
trend.

Het CBS publiceert naast cijfers over de werkloze beroepsbevolking ook
een aantal andere indicatoren van het onbenut arbeidsaanbod, zoals de
geregistreerde werkloosheid en het aantal mensen met een bijstands- of
WW-uitkering. Deze gegevens zijn beschikbaar in de database StatLine op
de website van het CBS: www.cbs.nl. Hier zijn ook de cijfers over de
werkzame beroepsbevolking te vinden.

Het Centrum voor werk en inkomen (CWI) publiceert cijfers over de
niet-werkende werkzoekenden op de CWI- website. Niet-werkende
werkzoekenden en de werkloze beroepsbevolking verschillen sterk van
samenstelling, waardoor ze niet zonder meer met elkaar kunnen worden
vergeleken. Enerzijds staan niet alle werklozen ingeschreven bij het
CWI. Dit betreft vooral personen zonder recht op een uitkering zoals
jongeren en herintreders. Anderzijds staan er personen ingeschreven bij
het CWI die niet tot de werkloze beroepsbevolking horen. Dit betreft
vooral personen die niet direct beschikbaar zijn, of niet actief
zoeken, of werk zoeken voor minder dan twaalf uur per week. Meer
informatie over beide begrippen is te vinden in een gezamenlijk artikel
van het CBS en het CWI.

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular