De wiskunde die op de middelbare school wordt gegeven is eigenlijk
'wiskundig modelleren'. Dat is niet gunstig voor het imago van het vak,
aldus prof.dr. Stephan van Gils. In zijn ogen is het niet het aanleren
van trucjes, maar de abstractie en de efficiëntie die de wiskunde zo
mooi en boeiend maakt. Als dat uit beeld verdwijnt, krijgt de leerling
te weinig bagage mee. Van Gils, die ook opleidingsdirecteur is van de
UT-opleiding Toegepaste Wiskunde, zegt dit in zijn intreerede op 10
maart, als hoogleraar Niet-lineaire Analyse aan de Universiteit Twente.
 
 
Met wiskundig modelleren is niets mis, benadrukt Van Gils. Het is een
belangrijke vaardigheid voor bijvoorbeeld de wiskundig ingenieur, die
wiskunde gaat inzetten in uiteenlopende vakgebieden. Maar het heeft het
gevaar in zich dat het vooral een 'mooi plaatje' is, zonder dat de
achterliggende berekening nog aandacht krijgt. 'Teveel overheerst het
idee dat alles leuk moet zijn', aldus Van Gils. Gevolg is dat de
leerling die uit het huidige studiehuis komt, trucjes heeft geleerd en
is overladen is met een realistische benadering, maar niet geprikkeld
is door abstracte kennis. Ook een universitaire opleiding als
Toegepaste Wiskunde moet een goed gevulde gereedschapskist van analyse,
algebra, stochastistiek en kansrekening bieden, met daarbovenop de
wiskundige modellering.   
 
Van Gils illustreert in zijn oratie de schoonheid van de wiskunde met
bijvoorbeeld de symmetrie die, evenals in de muziek of de beeldende
kunst, een belangrijke rol speelt. Algebra en analyse gaan bij de
bestudering hiervan hand in hand, aldus Van Gils. Hij vindt het dan ook
een misvatting dat algebra 'meer iets voor de algemene universiteiten'
zou zijn. De symmetrie en de periodiciteit komen bijvoorbeeld mooi tot
uiting in supergeleidende structuren, een onderzoeksgebied waar
wiskundigen en natuurkundigen van de UT elkaar ontmoeten. De wiskundige
heeft aan dit soort onderzoek toegevoegde waarde te bieden, juist
doordat hij of zij uitspraken kan doen over de vergelijkingen zonder
dat de precieze toepassing centraal staat.  
 
De hoogleraar ziet niet zoveel in het 'verpakken' van wiskunde in een
brede bachelor-opleiding, om toch maar belangstelling voor het vak te
krijgen. Liever verkent hij de mogelijkheden om op de middelbare school
al interesse te kweken, door bijvoorbeeld leerlingen mogelijkheden te
bieden om al op de universiteit vakken te volgen. Om vervlakking van
het vakgebied te voorkomen, vindt hij daarnaast de samenwerking met de
TU's in Delft en Eindhoven belangrijk.   

Bron: UNIVERSITEIT TWENTE

Bekijk ook deze populaire persberichten

Trending

Popular